Plan: | N366 Veendam - Nieuwe Pekela - Stadskanaal |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | inpassingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.9920.IPN366VENPST-VA01 |
In deze regels wordt verstaan onder:
het inpassingsplan N366 Veendam - Nieuwe Pekela - Stadskanaal met identificatienummerNL.IMRO.9920.IPN366VENPST-VA01 van de provincie Groningen;
de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels;
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels, regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden;
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft;
een door het college van burgemeester en wethouders aan te wijzen deskundige op het gebied van archeologie;
onderzoek (bureauonderzoek, booronderzoek, gravend onderzoek, begeleiding van bodemingrepen) verricht door een daartoe bevoegde instantie of onderneming;
een gebied met een daaraan toegekende hoge archeologische verwachting vanwege de kennis en wetenschap van de in dat gebied verwachte overblijfselen van menselijke aanwezigheid of activiteiten uit het verleden;
één of meer gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
een strook grond of water waaraan beperkingen kunnen worden opgelegd in verband met de
veiligheid van ondergrondse en/of bovengrondse leidingen;
een object waarvoor ingevolge het Besluit externe veiligheid inrichtingen een richtwaarde voor het risico c.q. een risicoafstand is bepaald, waarmee rekening moet worden gehouden;
bestaand ten tijde van het in werking treden van dit inpassingsplan;
de grens van een bestemmingsvlak;
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming;
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk;
de grens van een bouwvlak;
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn toegelaten;
een bouwkundige constructie van enige omvang die direct en duurzaam met de aarde is verbonden;
grasland, akkerbouw- of tuingronden (waaronder de houtteelt), met uitzondering van bos;
een recreatief gebruik van gronden dat ondergeschikt is aan de functie van de bestemming
waarbinnen dit recreatieve gebruik is toegestaan; de inrichting van de gronden is beperkt tot voet-, fiets- en ruiterpaden, picknickplaatsen, parkeervoorzieningen, visoevers en naar de aard daarmee gelijk te stellen voorzieningen;
het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ter verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen aan personen die die goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit
detailhandel in een assortiment goederen dat is gebaseerd op de behoeftes van een automobilist of diens passagiers, zoals vloeistoffen voor de auto, artikelen die de veiligheid in de auto bevorderen, snoepgoed, kleine snacks en drankjes;
voorzieningen ten behoeve van het behoud, het herstel en/of ontwikkeling van natuurwaarden, zoals houtsingels, faunapassages, faunaduikers, wildrasters en kleinschalige natuurontwikkeling, zowel in de vorm van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, als werken, geen bouwwerk zijnde;
een al dan niet bebouwd perceel, of een gedeelte daarvan, dat direct is gelegen bij een gebouw en dat in feitelijk opzicht is ingericht ten dienste van het gebruik van dat gebouw, en, voorzover een inpassingsplan van toepassing is, de bestemming deze inrichting niet verbiedt;
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;
de mogelijkheden om gronden en bouwwerken overeenkomstig de daaraan toegekende bestemming te gebruiken;
de geluidsbelasting vanwege een weg, een industrieterrein en/of een spoorweg;
gebouwen welke dienen ter bewoning of andere geluidsgevoelige objecten of terreinen, zoals bedoeld in de Wet geluidhinder en/of het Besluit geluidhinder;
een bij een inpassingsplan in acht te nemen maximale waarde voor de geluidsbelasting van geluidsgevoelige objecten, die hoger is dan de voorkeurgrenswaarde en die in een concreet geval kan worden vastgesteld op grond van de Wet geluidhinder en/of het Besluit geluidhinder;
bedrijfsmatige uitoefening van uitsluitend het kweken van bomen ten behoeve van de houtproductie op gronden die hier in principe tijdelijk voor worden gebruikt en waarvoor ontheffing is verleend op grond van artikel 6, tweede lid van de Boswet;
een tent, een tentwagen, een kampeerauto, een caravan of een stacaravan, dan wel enig ander daarmee vergelijkbaar voertuig of onderkomen, dat geheel of ten dele is bestemd op opgericht dan wel wordt of kan worden gebruikt voor recreatief nachtverblijf;
een bouwwerk, geen gebouw zijnde, ten behoeve van civiel-technische en/of infrastructurele doeleinden, zoals een brug, een dam, een duiker, een tunnel, een via- of aquaduct of een sluis, dan wel een daarmee gelijk te stellen voorziening;
een object als bedoeld in artikel 1, sub l van het Besluit externe veiligheid inrichtingen;
voorzieningen die worden getroffen voor de bescherming van landschappelijke waarden;
waarden in verband met de verschijningsvorm van een gebied en de aanwezigheid van waarneembare structuren en/of elementen in dat gebied;
de aan een gebied toegekende waarden in verband met de geologische, bodemkundige en biologische elementen voorkomende in dat gebied;
gebruikswerkzaamheden die niet leiden tot verstoring van de ongeroerde bodem of verstoring van het reliëf;
werkzaamheden die regelmatig noodzakelijk zijn voor een goed beheer van de gronden, waaronder begrepen de handhaving dan wel de realisering van de bestemming;
voorzieningen ten dienste van het openbare en semi-openbare nut, zoals transformatorgebouwen, telefooncentrales, alarmeringssystemen, riolering, rioolgemalen, waterzuivering, de levering van elektriciteit, gas water en warmte, voorzieningen voor de waterhuishouding, en naar de aard daarmee gelijk te stellen overige voorzieningen;
een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met een dak en dat niet is voorzien van een wand, bestaande wanden van gebouwen niet meegerekend;
het plaatselijke niveau ten opzichte van het Normaal Amsterdams Peil;
het zich beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met een ander tegen vergoeding;
een recreatief gebruik van gronden dat ondergeschikt is aan de functie van de bestemming waarbinnen dit recreatieve gebruik is toegestaan;
een strook van de weg, welke voldoende plaats biedt aan een enkele rij rijdende motorvoertuigen op meer dan drie wielen, niet bedoeld op- en afritten, invoegstroken, parallelwegen en voet- en rijwielpaden;
een voor het publiek toegankelijke besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, of in de omvang alsof zij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch/pornografische aard plaatsvinden.
Onder een seksinrichting wordt in ieder geval verstaan: een prostitutiebedrijf, waaronder begrepen een erotische-massagesalon, een seksbioscoop, een seksautomatenhal, een sekstheater of een parenclub, al dan niet in combinatie met elkaar;
recreatief verblijf, waarbij wordt overnacht in kampeermiddelen, recreatiewoningen, appartementen en/of recreatieverblijven, waarbij hoofdverblijf elders wordt gehouden;
de waarde van een gebied voor de veiligheid van het verkeer die wordt bepaald door de mate van overzichtelijkheid en vrij uitzicht (met name bij kruisingen van wegen en op- en afritten) en de (mogelijke) effecten van bebouwing en overige inrichtingselementen op de gedragingen van verkeersdeelnemers;
de bij een inpassingsplan in acht te nemen maximale waarde voor de geluidsbelasting van geluidsgevoelige objecten, zoals deze rechtstreeks kan worden afgeleid uit de Wet geluidhinder en/of het Besluit geluidhinder;
alle voor het openbaar rij- of ander verkeer openstaande wegen, daaronder begrepen de bijbehorende kunstwerken, de tot de wegen behorende bermen en zijkanten, alsmede de aan de weg liggende parkeergelegenheid.
Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak;
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel;
tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen;
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen;
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk;
vanaf het hoogste punt van het bouwwerk tot en met het aansluitende afgewerkte terrein, met dien verstande dat in geaccidenteerd terrein gemeten wordt vanaf het niveau van het afgewerkte terrein dat direct aansluit op de dichtstbijzijnde weg in de zin van de Wegenverkeerswet 1994.
3.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Agrarisch' aangewezen gronden zijn bestemd voor :
met de daarbij behorende:
In de bestemming zijn niet begrepen:
Op of in deze gronden mogen geen gebouwen en overkappingen worden gebouwd.
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen en geen overkappingen zijnde, gelden de volgende regels:
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in elk geval wordt begrepen:
Voor de volgende werken of werkzaamheden is van Burgemeester en Wethouders een omgevingsvergunning vereist:
Het verbod in lid 3.4.1 is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die:
De voor 'Bos' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daaraan ondergeschikt:
met de daarbijbehorende:
Op of in deze gronden mogen geen gebouwen en overkappingen worden gebouwd.
Voor het bouwen van overige andere bouwwerken geldt de volgende regel:
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de
bestemmingsomschrijving, waaronder in elk geval wordt begrepen:
Voor de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden is van Burgemeester en Wethouders een omgevingsvergunning vereist:
Het bepaalde in 4.4.1 is niet van toepassing op werken en werkzaamheden welke:
De omgevingsvergunning kan slechts worden verleend, mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de natuurlijke en landschappelijke waarden van het bosperceel.
De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daaraan ondergeschikt:
met de daarbijbehorende:
Op of in deze gronden mogen geen gebouwen en overkappingen worden gebouwd.
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt de volgende regel:
De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daaraan ondergeschikt:
met de daarbijbehorende:
Op of in deze gronden mogen geen gebouwen en overkappingen worden gebouwd, met uitzondering van gebouwen en overkappingen ten behoeve van een verkooppunt van motorbrandstoffen. Hiervoor gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen en geen overkappingen zijnde, gelden de volgende regels:
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de
bestemmingsomschrijving, waaronder in elk geval wordt begrepen:
Mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de verkeersveiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden, kan met een omgevingsvergunning worden afgeweken van het bepaalde in lid 6.3 sub a. in die zin dat wordt afgeweken van het aantal rijstroken per weg, mits de geluidsbelasting van geluidsgevoelige objecten niet hoger mag zijn dan de daarvoor geldende voorkeursgrenswaarde of een vastgestelde hogere grenswaarde.
Voor de volgende werken of werkzaamheden is ten behoeve van het behoud van de regionale waterkerende functie van Burgemeester en Wethouders een omgevingsvergunning vereist:
Het verbod in lid 6.5.1 is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die:
De in lid 6.5.1 genoemde vergunning kan slechts worden verleend indien geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de waterkerende functie.
De voor 'Water' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbijbehorende:
Op of in deze gronden mogen geen gebouwen en overkappingen worden gebouwd.
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen en geen overkappingen zijnde, gelden de volgende regels:
Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend:
De voor 'Leiding - Gas' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en) mede bestemd voor:
met de daarbijbehorende:
Met een omgevingsvergunning van Burgemeester en Wethouders kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 8.2 voor het bouwen binnen de belemmeringenstrook overeenkomstig de andere daar voorkomende bestemming(en) indien de veiligheid van de betrokken leiding niet wordt geschaad en vooraf schriftelijk advies is ingewonnen bij de betrokken leidingbeheerder.
Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend:
Voor de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden is van Burgemeester en Wethouders een omgevingsvergunning vereist:
Het bepaalde in 8.5.1 is niet van toepassing op werken en werkzaamheden welke:
De omgevingsvergunning kan slechts worden verleend, indien hierdoor geen afbreuk wordt gedaan aan het doelmatig functioneren van de betreffende hoofdgastransportleiding.
Alvorens te beslissen op een aanvraag om een omgevingsvergunning als bedoeld in lid 8.5.1, winnen Burgemeester en Wethouders schriftelijk advies in bij de leidingbeheerder omtrent de vraag of door de voorgenomen werken of werkzaamheden de belangen in verband met de leiding niet worden geschaad en welke voorwaarden dienen te worden gesteld ter voorkoming van eventuele schade.
De voor 'Leiding - Hoogspanningsverbinding' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en) mede bestemd voor:
met de daarbijbehorende:
Met een omgevingsvergunning van Burgemeester en Wethouders kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 9.2 voor het bouwen binnen de belemmeringenstrook overeenkomstig de andere daar voorkomende bestemming(en) indien de veiligheid van de betrokken leiding niet wordt geschaad en vooraf schriftelijk advies is ingewonnen bij de betrokken leidingbeheerder.
De voor 'Leiding - Hoogspanning' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en) mede bestemd voor:
met de daarbijbehorende:
Met een omgevingsvergunning van Burgemeester en Wethouders kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 10.2 voor het bouwen binnen de belemmeringenstrook overeenkomstig de andere daar voorkomende bestemming(en) indien de veiligheid van de betrokken leiding niet wordt geschaad en vooraf schriftelijk advies is ingewonnen bij de betrokken leidingbeheerder.
De voor 'Waarde - Archeologie 3' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor behoud van archeologisch onderzoeksgebied.
Voor de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden is van Burgemeester en Wethouders een omgevingsvergunning vereist, zulks ongeacht het bepaalde in de regels bij de andere op deze gronden van toepassing zijnde bestemmingen:
Het verbod als bedoeld in lid 11.3.1 is niet van toepassing op werken, geen bouwwerken zijnde,
of van werkzaamheden die:
Een vergunning als bedoeld in lid 11.3.1 wordt slechts verleend indien:
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Er mogen geen reclamemasten worden gebouwd, met uitzondering van de gronden met de bestemming 'Verkeer' in welk geval ten behoeve van een verkooppunt van motorbrandstoffen reclamemasten met een bouwhoogte van ten hoogste 6,00 m zijn toegestaan.
De functie van de aanduiding 'geluidzone - industrie' is het tegengaan van een te hoge geluidsbelasting vanwege het industrieterrein op geluidsgevoelige objecten.
Tot een gebruik, strijdig met deze gebiedsaanduiding, wordt in ieder geval gerekend:
Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 14.1.1 in die zin dat de ingevolge de daar voorkomende bestemming(en) toegelaten geluidsgevoelige objecten kunnen worden gebruikt, mits:
Ter plaatse van de aanduiding 'veiligheidszone - lpg' gelden de volgende regels.
In afwijking van het bepaalde bij de daar voorkomende bestemming(en) mogen op/in deze gronden geen kwetsbare of beperkt kwetsbare objecten worden gebouwd.
Er kan met een omgevingsvergunning van Burgemeester en Wethouders worden afgeweken van het bepaalde in lid 14.2.1 in die zin dat beperkt kwetsbare objecten worden gebouwd, mits:
Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend:
Er kan met een omgevingsvergunning van Burgemeester en Wethouders worden afgeweken van het bepaalde in lid 14.2.3 in die zin dat de gronden en bouwwerken worden gebruikt als beperkt kwetsbaar object, mits:
Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen in die zin dat:
Ter plaatse van de aanduiding 'veiligheidszone - munitie c' gelden de volgende regels.
Op en in de gronden ter plaatse van de aanduiding 'veiligheidszone - munitie c ' is het oprichten van kwetsbare of beperkt kwetsbare objecten niet toegestaan. Voor zover activiteiten of functies kunnen worden toegestaan, wordt vooraf advies ingewonnen van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu.
Tot een gebruik, strijdig met de gegeven bestemmingen, wordt in ieder geval gerekend:
Mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de milieusituatie, de sociale veiligheid, de verkeersveiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden, kan met een omgevingsvergunning worden afgeweken van de bij recht in het plan gegeven maten, afmetingen en percentages, tot ten hoogste 10% van die maten, afmetingen en percentages, met dien verstande dat deze regel niet van toepassing is op reclamemasten.
Deze regels worden aangehaald als:
Regels van het
Inpassingsplan N366 Veendam - Nieuwe Pekela - Stadskanaal
Behorende bij het besluit van Provinciale Staten d.d. 20 april 2016.